diff options
Diffstat (limited to 'documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc')
-rw-r--r-- | documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc | 102 |
1 files changed, 51 insertions, 51 deletions
diff --git a/documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc b/documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc index b0b938bf49..cb2b9c7494 100644 --- a/documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc +++ b/documentation/content/nl/books/handbook/multimedia/_index.adoc @@ -87,7 +87,7 @@ Alvorens te beginnen is het van belang te weten welk model een geluidskaart is, Om een geluidsapparaat te gebruiken dient het juiste apparaatstuurprogramma geladen te worden. Dit kan op twee manieren. De meest eenvoudige manier is simpelweg een kernelmodule te laden voor de gewenste geluidskaart met man:kldload[8]. Dit kan vanaf de commandoregel: -[source,bash] +[source,shell] .... # kldload snd_emu10k1 .... @@ -101,7 +101,7 @@ snd_emu10k1_load="YES" De bovenstaande voorbeelden zijn voor een Creative SoundBlaster(R) Live! geluidskaart. De overige beschikbare laadbare geluidsmodules staan beschreven in [.filename]#/boot/defaults/loader.conf#. Als niet compleet duidelijk is welk stuurprogramma gebruikt dient te worden, dan kan het met de module [.filename]#snd_driver# geprobeerd worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # kldload snd_driver .... @@ -160,7 +160,7 @@ De bovenstaande instellingen zijn de standaardinstellingen. In sommige gevallen Na het herstarten met de aangepaste kernel of na het laden van de benodigde module, hoort de geluidskaart ongeveer als volgt te verschijnen in de systeemberichtbuffer (man:dmesg[8]): -[source,bash] +[source,shell] .... pcm0: <Intel ICH3 (82801CA)> port 0xdc80-0xdcbf,0xd800-0xd8ff irq 5 at device 31.5 on pci0 pcm0: [GIANT-LOCKED] @@ -169,7 +169,7 @@ pcm0: <Cirrus Logic CS4205 AC97 Codec> De status van de geluidskaart kan gecontroleerd worden via het bestand [.filename]#/dev/sndstat#: -[source,bash] +[source,shell] .... # cat /dev/sndstat FreeBSD Audio Driver (newpcm) @@ -182,7 +182,7 @@ De uitvoer kan per systeem wat verschillen. Als er geen apparaten [.filename]#pc Als het goed is werkt de geluidskaart nu. Als pinnen voor audio-out van de CD-ROM- of DVD-ROM-drive juist zijn aangesloten op de geluidskaart, dan kan er een CD in de drive gestopt worden en kan deze met man:cdcontrol[1] afgespeeld worden: -[source,bash] +[source,shell] .... % cdcontrol -f /dev/acd0 play 1 .... @@ -191,7 +191,7 @@ Applicaties als package:audio/workman[] kunnen een vriendelijker interface biede Een snelle manier om de kaart te testen is het als volgt sturen van gegevens naar [.filename]#/dev/dsp#: -[source,bash] +[source,shell] .... % cat bestandsnaam > /dev/dsp .... @@ -252,7 +252,7 @@ pcm7: <HDA Realtek ALC889 PCM #3 Digital> at cad 2 nid 1 on hdac1 Hier is de grafische kaart (`NVidia`) opgesomd voor de geluidskaart (`Realtek ALC889`). Om de geluidskaart als standaard afspeelapparaat te gebruiken, dient `hw.snd.default_unit` veranderd te worden in de eenheid dat voor afspelen gebruikt moet worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # sysctl hw.snd.default_unit=n .... @@ -273,7 +273,7 @@ Met FreeBSD kan dit met _Virtuele Geluidskanalen_, die aangezet kunnen worden me Het aantal virtuele kanalen kan met drie sysctl knoppen als `root` als volgt ingesteld worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # sysctl dev.pcm.0.play.vchans=4 # sysctl dev.pcm.0.rec.vchans=4 @@ -318,7 +318,7 @@ De port package:audio/mpg123[] is een alternatieve MP3-speler die gebruik maakt mpg123 werkt door het geluidsapparaat en het MP3-bestand aan te geven op de commandoregel. Aangenomen dat uw audio-apparaat [.filename]#/dev/dsp1.0# is en u het MP3-bestand _Foobar-GreatestHits.mp3_ wilt afspelen, zou u het volgende opgeven: -[source,bash] +[source,shell] .... # mpg123 -a /dev/dsp1.0 Foobar-GreatestHits.mp3 High Performance MPEG 1.0/2.0/2.5 Audio Player for Layer 1, 2 and 3. @@ -339,14 +339,14 @@ Het hulpprogramma `cdda2wav`, dat onderdeel is van de suite package:sysutils/cdr Als de audio CD in de drive zit, kan het volgende commando als `root` uitgevoerd worden om een hele CD naar individuele (per track) WAV-bestanden te rippen: -[source,bash] +[source,shell] .... # cdda2wav -D 0,1,0 -B .... cdda2wav ondersteunt ATAPI (IDE) CD-ROM-drives. Om van een IDE drive te rippen, dient de apparaatnaam aangegeven te worden in plaats van de SCSI eenheidsnummers. Om bijvoorbeeld track 7 van een IDE drive te rippen: -[source,bash] +[source,shell] .... # cdda2wav -D /dev/acd0 -t 7 .... @@ -355,14 +355,14 @@ De optie `-D _0,1,0_` geeft het SCSI apparaat [.filename]#0,1,0# aan, dat overee Om individuele tracks te rippen kan gebruik gemaakt worden van de optie `-t`: -[source,bash] +[source,shell] .... # cdda2wav -D 0,1,0 -t 7 .... In het bovenstaande voorbeeld wordt track 7 van de audio CD geript. Om een reeks tracks te rippen, bijvoorbeeld van 1 tot 7, kan een reeks opgegeven worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # cdda2wav -D 0,1,0 -t 1+7 .... @@ -376,7 +376,7 @@ Tegenwoordig is _de_ MP3 encoder lame. Lame staat in package:audio/lame[] in de Met de geripte WAV-bestanden converteert het volgende commando [.filename]#audio01.wav# naar [.filename]#audio01.mp3#: -[source,bash] +[source,shell] .... # lame -h -b 192 \ --tt "Foo Titel" \ @@ -419,7 +419,7 @@ Schrijven naar stdout vanuit mpg123: XMMS schrijft een bestand in het WAV-formaat, terwijl mpg123 de MP3 converteert naar ruwe PCM audio data. Beide formaten kunnen gebruikt worden met cdrecord om audio CD's te maken. Met man:burncd[8] moeten ruwe PCM-bestanden gebruikt worden. Als er WAV-bestanden worden gebruikt, is er een tikgeluid te horen bij het begin van iedere track. Dit is het geluid van de kop van ieder WAV-bestand. Met het hulpprogramma SoX kan de kop van WAV-bestanden verwijderd worden. Dit programma kan geïnstalleerd worden met de port of pakket package:audio/sox[] -[source,bash] +[source,shell] .... % sox -t wav -r 44100 -s -w -c 2 track.wav track.raw .... @@ -435,7 +435,7 @@ Voor er wordt begonnen is het van belang te weten welk model videokaart zich in Het is verstandig een kort MPEG-bestand beschikbaar te hebben dat gebruikt kan worden als testbestand voor het evalueren van de spelers en hun opties. Omdat sommige DVD-spelers standaard zoeken naar DVD media in [.filename]#/dev/dvd# of deze apparaatnaam standaard in de broncode hebben staan, is het wellicht verstandig om een symbolische link te maken naar de juiste apparaten: -[source,bash] +[source,shell] .... # ln -sf /dev/acd0 /dev/dvd # ln -sf /dev/acd0 /dev/rdvd @@ -479,14 +479,14 @@ Xorg kent een uitbreiding _XVideo_, ook bekend als Xvideo, Xv of xv, waarmee vid Of de uitbreiding actief is, kan gecontroleerd worden met het commando `xvinfo`: -[source,bash] +[source,shell] .... % xvinfo .... XVideo wordt ondersteund als de uitvoer er ongeveer als volgt uitziet: -[source,bash] +[source,shell] .... X-Video Extension version 2.2 screen #0 @@ -565,7 +565,7 @@ Sommige van de weergegeven formaten (YUV2, YUV12, enzovoort) zijn niet in iedere Als het resultaat er als hieronder uitziet, is er geen ondersteuning voor XVideo aanwezig op de videokaart in een systeem: -[source,bash] +[source,shell] .... X-Video Extension version 2.2 screen #0 @@ -620,7 +620,7 @@ MPlayer is een zich snel ontwikkelende videospeler. De doelen van het MPlayer-te MPlayer staat in package:multimedia/mplayer[]. MPlayer voert een aantal hardwarecontroles uit tijdens het bouwen, wat resulteert in een binair bestand dat niet van het ene naar het andere systeem verplaatst kan worden. Daarom is het van belang dat het uit de ports wordt gebouwd en niet als binair pakket wordt geïnstalleerd. Daarnaast staan er ook nog opties die vanaf de `make` commandoregel meegegeven kunnen worden beschreven in de [.filename]#Makefile# en aan het begin van de build: -[source,bash] +[source,shell] .... # cd /usr/ports/multimedia/mplayer # make @@ -648,7 +648,7 @@ De HTML documentatie voor MPlayer is erg informatief. Als de lezer vindt dat er Iedere gebruiker van MPlayer dient een submap [.filename]#.mplayer# in zijn thuismap te hebben. Die kan als volgt gemaakt worden: -[source,bash] +[source,shell] .... % cd /usr/ports/multimedia/mplayer % make install-user @@ -658,27 +658,27 @@ De commando-opties voor `mplayer` staan in de hulppagina. Nog meer details staan Om een bestand als [.filename]#testbestand.avi# af te spelen met een van de beschikbare video-interfaces, kan de optie `-vo` gebruikt worden: -[source,bash] +[source,shell] .... % mplayer -vo xv testbestand.avi .... -[source,bash] +[source,shell] .... % mplayer -vo sdl testbestand.avi .... -[source,bash] +[source,shell] .... % mplayer -vo x11 testbestand.avi .... -[source,bash] +[source,shell] .... # mplayer -vo dga testbestand.avi .... -[source,bash] +[source,shell] .... # mplayer -vo 'sdl:dga' testbestand.avi .... @@ -687,7 +687,7 @@ Het is de moeite waard alle bovenstaande opties uit te proberen omdat hun relati Om een DVD af te spelen dient [.filename]#testbestand.avi# vervangen te worden door `dvd://_N_ -dvd-device _APPARAAT_` waar _N_ het titelnummer is dat afgespeeld moeten worden en [.filename]#APPARAAT# het apparaatknooppunt is voor de DVD-ROM. Om bijvoorbeeld titel 3 van [.filename]#/dev/dvd# af te spelen: -[source,bash] +[source,shell] .... # mplayer -vo xv dvd://3 -dvd-device /dev/dvd .... @@ -712,7 +712,7 @@ zoom=yes Tenslotte kan `mplayer` gebruikt worden om een DVD naar een bestand van het type [.filename]#.vob# te rippen. Om de tweede titel van een DVD de dumpen kan het volgende commando gebruikt worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # mplayer -dumpstream -dumpfile out.vob dvd://2 -dvd-device /dev/dvd .... @@ -724,7 +724,7 @@ Het uitvoerbestand [.filename]#out.vob#, is van het type MPEG en kan bewerkt wor Voordat `mencoder` wordt gebruikt, is het verstandig de opties uit de HTML-documentatie te bekijken. Er is een hulppagina, maar die is niet echt bruikbaar zonder de HTML-documentatie. Er zijn ontelbare mogelijkheden om de kwaliteit te verhogen, de bitrate te verlagen en formaten te wijzigen en een aantal van die truuks maken het verschil tussen goede en slechte prestaties. Hieronder staan een aantal voorbeelden beschreven. Eerst een eenvoudige kopie: -[source,bash] +[source,shell] .... % mencoder invoer.avi -oac copy -ovc copy -o uitvoer.avi .... @@ -733,7 +733,7 @@ Verkeerde combinaties van commandoregelopties kunnen resulteren in uitvoerbestan Om [.filename]#invoer.avi# te converteren naar de MPEG4-codec met MPEG3-audio encodering (package:audio/lame[] is verplicht): -[source,bash] +[source,shell] .... % mencoder invoer.avi -oac mp3lame -lameopts br=192 \ -ovc lavc -lavcopts vcodec=mpeg4:vhq -o utvoer.avi @@ -756,14 +756,14 @@ Vergeleken met MPlayer, doet xine meer voor de gebruiker, maar tegelijkertijd ne Standaard start de xine speler op in een grafische gebruikersinterface. Via het menu kan een specifiek bestand geopend worden: -[source,bash] +[source,shell] .... % xine .... Het is ook mogelijk om zonder de GUI direct een bestand af te laten spelen: -[source,bash] +[source,shell] .... % xine -g -p mijnfilm.avi .... @@ -775,7 +775,7 @@ De software transcode is geen speler, maar een verzameling hulpprogramma's voor Tijdens het bouwen van de port package:multimedia/transcode[] kan een groot aantal opties opgegeven worden en de volgende commandoregel wordt geadviseerd om transcode te bouwen: -[source,bash] +[source,shell] .... # make WITH_OPTIMIZED_CFLAGS=yes WITH_LIBA52=yes WITH_LAME=yes WITH_OGG=yes \ WITH_MJPEG=yes -DWITH_XVID=yes @@ -785,7 +785,7 @@ De geadviseerde instellingen zijn toereikend voor de meeste gebruikers. Om de mogelijkheden van `transcode` te illustreren volgt nu een voorbeeld van hoe een DivX-bestand om te zetten in een PAL MPEG-1-bestand (PAL VCD): -[source,bash] +[source,shell] .... % transcode -i invoer.avi -V --export_prof vcd-pal -o uitvoer_vcd % mplex -f 1 -o uitvoer_vcd.mpg uitvoer_vcd.m1v uitvoer_vcd.mpa @@ -864,7 +864,7 @@ options OVERRIDE_TUNER=6 Dit kan ook via een instelling van man:sysctl[8]: -[source,bash] +[source,shell] .... # sysctl hw.bt848.tuner=6 .... @@ -912,7 +912,7 @@ Voor de achterkant is package:multimedia/mythtv[] nodig, alsook een MySQL(TM) da Gebruik de volgende stappen om MythTV te installeren. Installeer als eerste MythTV van de FreeBSD Portscollectie: -[source,bash] +[source,shell] .... # cd /usr/ports/multimedia/mythtv # make install @@ -920,21 +920,21 @@ Gebruik de volgende stappen om MythTV te installeren. Installeer als eerste Myth Installeer de database voor MythTV: -[source,bash] +[source,shell] .... # mysql -uroot -p < /usr/local/shared/mythtv/database/mc.sql .... Configureer de achterkant: -[source,bash] +[source,shell] .... # mythtv-setup .... Start de achterkant: -[source,bash] +[source,shell] .... # echo 'mythbackend_enable="YES"' >> /etc/rc.conf # service mythbackend start @@ -969,7 +969,7 @@ device ehci Na een herstart met de juiste kernel kan de USB-scanner aangesloten worden. Een regel die de detectie van uw scanner aangeeft zou in de berichtenbuffer van het systeem (man:dmesg[8]) moeten verschijnen: -[source,bash] +[source,shell] .... ugen0.2: <EPSON> at usbus0 .... @@ -988,7 +988,7 @@ device pass Als de kernel juist gecompileerd en geïnstalleerd is, horen de apparaten tijdens het opstarten zichtbaar te zijn in de systeemberichtbuffer: -[source,bash] +[source,shell] .... pass2 at aic0 bus 0 target 2 lun 0 pass2: <AGFA SNAPSCAN 600 1.10> Fixed Scanner SCSI-2 device @@ -997,7 +997,7 @@ pass2: 3.300MB/s transfers Als een scanner niet aan staat tijdens het opstarten, is het nog mogelijk handmatig detectie te forceren door de SCSI-bus te laten scannen met man:camcontrol[8]: -[source,bash] +[source,shell] .... # camcontrol rescan all Re-scan of bus 0 was successful @@ -1008,7 +1008,7 @@ Re-scan of bus 3 was successful In het bovenstaande geval zal de scanner ongeveer als volgt verschijnen in de lijst met SCSI-apparaten: -[source,bash] +[source,shell] .... # camcontrol devlist <IBM DDRS-34560 S97B> at scbus0 target 5 lun 0 (pass0,da0) @@ -1025,7 +1025,7 @@ Het SANE systeem is opgesplitst in twee delen: de backends (package:graphics/san De eerste stap is om de port of het pakket package:graphics/sane-backends[] te installeren. Daarna kan met het commando `sane-find-scanner` gecontroleerd worden welke scanner er door het SANE systeem is gedetecteerd: -[source,bash] +[source,shell] .... # sane-find-scanner -q found SCSI scanner "AGFA SNAPSCAN 600 1.10" at /dev/pass3 @@ -1040,7 +1040,7 @@ Sommige USB-scanners verlangen dat er firmware wordt geladen. Dit wordt uitgeleg Hierna kan gecontroleerd worden of de scanner ook te zien is voor een scanner-frontend. Er zit bij de SANE backends een standaard hulpprogramma man:sane[1]. Met dit commando kunnen de apparaten zichtbaar gemaakt worden en kan vanaf de commandoregel gescand worden. Met de optie `-L` kunnen de scannerapparaten getoond worden: -[source,bash] +[source,shell] .... # scanimage -L device `snapscan:/dev/pass3' is a AGFA SNAPSCAN 600 flatbed scanner @@ -1048,7 +1048,7 @@ device `snapscan:/dev/pass3' is a AGFA SNAPSCAN 600 flatbed scanner Of, met bijvoorbeeld de USB-scanner die in <<scanners-kernel-usb>> wordt gebruikt: -[source,bash] +[source,shell] .... # scanimage -L device 'epson2:libusb:/dev/usb:/dev/ugen0.2' is a Epson GT-8200 flatbed scanner @@ -1062,7 +1062,7 @@ De afwezigheid van uitvoer of een bericht dat aangeeft dat er geen scanners zijn De USB-scanner die in <<scanners-kernel-usb>> wordt gebruikt, wordt in FreeBSD 8.X prima gedetecteerd en werkt daar, maar in eerdere versies van FreeBSD (waar man:uscanner[4] wordt gebruikt) toont het de volgende informatie met `sane-find-scanner`: -[source,bash] +[source,shell] .... # sane-find-scanner -q found USB scanner (UNKNOWN vendor and product) at device /dev/uscanner0 @@ -1070,7 +1070,7 @@ found USB scanner (UNKNOWN vendor and product) at device /dev/uscanner0 De bovenstaande uitvoer geeft aan dat de scanner juist is gedetecteerd, dat het de USB-interface gebruikt en is aangesloten op het apparaatknooppunt [.filename]#/dev/uscanner0#. Nu kan gecontroleerd worden of de scanner juist wordt geïdentificeerd: -[source,bash] +[source,shell] .... # scanimage -L @@ -1089,7 +1089,7 @@ usb /dev/uscanner0 Het is aan te raden de opmerkingen te lezen in het bestand met instellingen voor het backend en ook de hulppagina, omdat daarin meer details en de correcte syntaxis te vinden zijn. Nu kan gecontroleerd worden of de scanner wèl juist wordt geïdentificeerd: -[source,bash] +[source,shell] .... # scanimage -L device `epson:/dev/uscanner0' is a Epson GT-8200 flatbed scanner @@ -1110,7 +1110,7 @@ Alle voorgaande taken zijn uitgevoerd met `root` rechten, maar het is wellicht o We zullen dus bijvoorbeeld een groep genaamd `_usb_` gebruiken. De eerste stap is het aanmaken van deze groep met behulp van het commando man:pw[8]: -[source,bash] +[source,shell] .... # pw groupadd usb .... @@ -1126,7 +1126,7 @@ add path usb/0.2.0 mode 0666 group usb Nu dienen er alleen nog gebruikers aan de groep `_usb_` toegevoegd te worden om toegang tot de scanner toe te staan: -[source,bash] +[source,shell] .... # pw groupmod usb -m joe .... |